In de 17de eeuw spoort de filosoof René Descartes het denken aan om “de heldere en onderscheidende “ wegen te bewandelen van een zuiver rationele “methode” die, ondersteund door “de methodische twijfel” de experimentele methode systematiseert, een methode die op hetzelfde tijdstip door Harvey wordt toegepast in zijn onderzoek over de bloedsomloop. Wat later vertroebelt Descartes – ontrouw aan zijn eigen strengheid – de oude opvatting over de eenheid van psyche en lichaam ten voordele van een dualisme dat het lichaam reduceert tot een “animale machine” die bij de mens het privilegie geniet door het denken gestuurd te worden via de verbinding met de “pijnappelklier” (de epifyse). Wetenschap als filosofie – Spinoza in het bijzonder – hebben deze dualistische illusie ontkracht, maar in de 19de eeuw vormt Claude Bernard de “animal machine” om en transformeert die tot een “organisme” waarvan elk radertje aan experimenteel onderzoek kan onderworpen worden (de lever bijvoorbeeld als producent van suiker). Zijn “Inleiding tot de Studie van de experimentele Geneeskunde” (1856) wordt beschouwd als de geboorteakte van een technologische orgaangeneeskunde waarvan de steeds kundiger helende krachttoeren regelmatig ons leven redden. Dat is niet niets.
Nochtans is dat “organisme” gezien als een interconnectie van organen die elk in hun functioneren kunnen geobserveerd worden, op zichzelf slechts een abstractie die de realisatie van de algemeen helende procedures mogelijk maakt. Hoewel dit medische model zeer efficiënt is en de meetbaarheid, de vergelijking, de zorgstrategieën en de budgettering van de gezondheidszorg vergemakkelijkt, is dit niet voldoende om het complexe gegeven noch de rationele aanpak van het therapeutisch werkveld uitputtend te kunnen behandelen – laat staan de realiteit van het lichaam. Zo bijvoorbeeld kan een individu dat onder lichte hypnose gebracht wordt uitsluitend door de inwerking van de relatie en het woord een echte blaar produceren op de totaal imaginaire plek waar hij – dat heeft men hem gesuggereerd – verbrand is. In meer alledaagse zin kan een roman, een film zomaar zonder waarschuwing de traanklier activeren, net als een “woord teveel” teveel maagsap kan uitlokken – en zelfs op lange duur een maagzweer kan doen ontstaan. Ook al zijn deze feiten gemakkelijk waarneembaar, toch kunnen ze niet onderling vergeleken worden want ze beantwoorden telkens aan een strikt persoonlijke context en aan een dynamiek waarvan de drijfveren aan het bewustzijn ontsnappen.
*Uit het Frans vertaald door Helen Van Dorpe
>> lees verder...